
Dit beeld verbeeldt hoe mensen, ondanks hun afzonderlijke levens, diep verbonden blijven door gedeelde oorsprong. De ruwe, houterige structuur staat voor de weerbarstige weg die ieder gaat, vol littekens en groeiringen van ervaring. Uit deze ene stam ontspringen vier figuren: afzonderlijk en uniek, maar onlosmakelijk vervlochten. Ze symboliseren familie, vriendschap of geestverwantschap—verbindingen die sterker zijn dan tijd en afstand, zoals takken die uit dezelfde wortels blijven groeien.